De naam Pieter Bruegel roept bij veel mensen beelden op van vrolijke, soms wat losbandige of zelfs gewelddadige boeren- en kermisfeesten. De placemat met de iconische boerenbruiloft heeft iedereen wel eens onder zijn bord aangetroffen, meestal in een gezellig pannenkoekenrestaurant. Deze taferelen vormen maar een klein deel van Bruegels oeuvre, maar mede door de vele kopieën of aanverwante thema’s van zijn zoon Pieter de Jonge, is toch het imago van de ‘Boeren Bruegel’ ontstaan.
Toen de artikelen over een mogelijk verband tussen Bruegel en Bergen op Zoom verschenen, speelde daarbij het schilderij de ‘Boerendans’ een belangrijke rol vanwege het vaandel van het schuttersgilde van Borgvliet. Op zo’n moment kijk je weer eens onbevangen naar die overbekende boerentaferelen en vallen ook ineens dingen op, die voorheen in de overdaad aan beelden en figuren uit het zicht verdwenen. Toen ik zodoende op mijn laptop de boerenbruiloft detail per detail bekeek, viel mijn oog ineens op een dobbelsteen. Het is druk in de herberg, maar de vloer is keurig aangeveegd. Bij de schoonmaak is schijnbaar een dobbelsteen over het hoofd gezien. Hij ligt onder een wastobbe waarop een man zit, gekleed in een modieus zwart kostuum. Wat zou die dobbelsteen betekenen? Want als getrainde (of gedresseerde?) kijker ga je er meteen vanuit, dat hier iets achter moet zitten. Online is er echter niks over te vinden.

Zoals vaker heeft Bruegel de boeren op deze bruiloft wat karikaturaal weergegeven, maar ze worden zeker niet belachelijk gemaakt. We zijn eigenlijk gewoon getuige van een eenvoudig, traditioneel feest. Op de kermissen van Bruegel gaat het er wel eens heftiger aan toe. De nieuwe stedelijke elite zette zich graag af tegen de primitieve plattelanders, maar had ook waardering voor hun eenvoudige leven dat nog voldeed aan de overzichtelijke standenmaatschappij, die ooit als rotsvaste basis van Gods schepping werd beschouwd. Sterker nog, meer dan ooit waren groeiende steden zoals Antwerpen afhankelijk van de voedselproductie van het omliggende land. Rijke stedelingen kochten landgoederen om de drukte te ontvluchten en als waardevaste belegging ter compensatie voor de speculatieve inkomsten uit de recent ontstane wereldeconomie. Hierdoor kwamen zij als pachtheer in direct contact met de boeren op hun grond. Een nieuwe situatie die wellicht tegenstellingen veroorzaakte, maar ongetwijfeld ook leidde tot begrip en vriendschap.
Misschien is de man in het modieuze zwarte kostuum zo’n rijke stedeling, die aanschuift bij de bruiloft van een pachter? Hij stelt zich bescheiden op en neemt als enige plaats op een omgekeerde wastobbe. Hij is even mens onder de gewone mensen, ver weg van de stadse verleidingen en risico’s. En de dobbelsteen? Natuurlijk heeft Bruegel elders het dobbelspel als zondig neergezet. Gokverslaving was een maatschappelijke plaag en recent was zelfs een ‘zelfhulpboek’ verschenen om gokkers te genezen. Op dit feest gaat het er echter rustig aan toe en de dobbelsteen is de enige onregelmatigheid op de vloer, toevallig over het hoofd gezien bij de schoonmaak van de herberg. Misschien symboliseert de dobbelsteen de speculatieve marktwerking waaraan de stedeling zijn fortuin te danken heeft? De wastobbe is wankeler dan de eenvoudige banken waarop de boeren zitten. Heeft de stedeling dit zelf ook geconstateerd, wellicht versterkt door de eenvoud om hem heen en door de woorden van de monnik naast hem? Zijn gevouwen handen suggereren een soort bekering.
Maar dit hoeft allemaal niet te kloppen. Misschien hebben we juist te maken met een lokale edelman, die aanzit bij een bruiloft ergens op zijn leengoed. Zijn jachthond en wapen vormen dan zijn traditionele attributen. Samen met de boeren en de monnik vertegenwoordigt hij de traditionele standen, een wereld die op zijn eind loopt door grote veranderingen op het vlak van economie, bestuur en religie. De dobbelsteen symboliseert dan de grilligheid van het lot, dat in de ontstaansperiode van dit schilderij genadeloos toesloeg. Er heerste in de periode 1566-68 religieuze terreur en repressie, die later zou uitmonden in de Spaanse-Nederlandse oorlog. De dobbelsteen zou om die reden ook kunnen duiden op ‘dubbelspel’. De man in het zwart is vriendelijk in gesprek met de monnik, maar hangt wellicht al het nieuwe, protestante geloof aan.
Wat is de echte verklaring voor de dobbelsteen? Hij kan ook gewoon zonder reden daar zijn geschilderd. En daarmee komen we wellicht op de echte bedoeling van dit schilderij en andere werken van Bruegel. Ze bevatten niet één boodschap, maar zetten juist aan tot nadenken en discussie. Daarmee appelleerden ze aan de filosofische aspiraties van Bruegels opdrachtgevers. Zij behoorden tot de nieuwe stedelijke en bestuurlijke elite en decoreerden hun stadspaleizen en landhuizen met geschilderde ‘conversation pieces’ die dienden om hun intellectuele en verbale vermogens te etaleren. De dobbelsteen gaf wellicht aanleiding tot discussie over de speling van het lot, grappen over elkaars gokgedrag of roddels over ketters gedrag in de vriendenkring. Maar misschien heeft Bruegel al hun intellectuele ambities wel overtroffen door een dobbelsteen toe te voegen, die nooit iemand is opgevallen….