505 keer bekeken

De Reynaert - Frits van Oostrom

  • dinsdag 23 mei 2023 @ 20:30
    #12
    reactie op (#11) Calamandja

    Dank voor deze leestips. Ik luisterde recent (in de auto) naar 2 podcast-afleveringen van VRT-radioprogramma Pompidou waar Frits van Oostrom 2 maal een uur te gast was. Heerlijk.

  • maandag 22 mei 2023 @ 21:30
    #11
    reactie op (#10) Calamandja

    Als verrassing, ter gelegenheid van het emeritaat van Frits van Oostrom, stelden Wim van Anrooij, Bart Besamusca, Dieuwke van der Poel en Frank Willaert de bundel Spiegelingen. Mediëvisten voor de eenentwintigste eeuw samen. In de bundel staat het werk van dertig toonaangevende mediëvisten centraal.

    "Het middeleeuwse verleden is herkenbaar en bevreemdend tegelijk. Het werkt als spiegel en verdiept juist daardoor het beeld van onze eigen tijd en eigen wereld. Het kan ons bevrijden van traditionele vanzelfsprekendheden en ons ontvankelijk maken voor wat anders is of voor wie anders leeft, gelooft of denkt.
    In deze bundel staat het werk van dertig toonaangevende mediëvisten centraal. Evenveel auteurs uit binnen- en buitenland laten zien dat het werk van deze inspirerende onderzoekers zowel een verdiept inzicht in het verleden geeft alsook stof tot nadenken en inspiratie biedt voor het heden. Spiegelingen is niet alleen geschreven met het oog op vakgenoten en hun studie van de Middeleeuwen, maar is ook in bredere maatschappelijke zin interessant, omdat de bijdragen aansluiten bij tal van actuele thema’s, zoals de effecten van digitalisering, de klimaatcrisis en de omgang met literatuur. Daarom zijn deze inspirerende onderzoekers mediëvisten voor de eenentwintigste eeuw."

    Gewijzigd op 2023-05-22 21:33:15
  • maandag 22 mei 2023 @ 21:26
    #10
    reactie op (#9) antonius_

    Afgelopen vrijdag nam universiteitshoogleraar en neerlandicus Frits van Oostrom afscheid van de Universiteit Utrecht met een prachtig afscheidscollege getiteld 'Reynaert en de universiteit. Over onderwijs, onderzoek, mijzelf en de toekomst'.

    De tekst van de lezing die Frits van Oostrom vrijdag uitsprak, met onder andere een pleidooi voor het Nederlands als wetenschapstaal, is terug te lezen op Neerlandistiek.nl.

  • zondag 14 mei 2023 @ 17:24
    #9
    reactie op (#8) Calamandja

    Ook dagblad Trouw geeft deze zaterdag 13 mei uitgebreid aandacht aan De Reynaert. Leven met een middeleeuws meesterwerk.

    De prijs voor het boekwerk (592 pag rijk geillustreerd) is €. 35,00. Elke vossejager kan hier niet om heen.

    In Dagblad Trouw in de recensie gecombineerde aandacht voor het werk van Jozef Janssens: Vertellen is een kunst. De geschiedenis van Karel ende Elegast (192 pag); daarin is bezuinigd op

    illustraties. Toch komt die uit op €. 27,99. Ook dit boekwerk behoort tot de classics van een Middeleeuwer.

    Geweldig dat deze twee groot vertellers indrukwekkende titels uit de Middeleeuwen als slot-accoord hebben genomen.

     

    onderschrift.jpg

  • zondag 14 mei 2023 @ 16:08
    #8
    reactie op (#7) Calamandja

    INTERVIEW FRITS VAN OOSTROM, in De Standaard van zaterdag 13 mei 2023: 

    ‘Al wie gek is op Reynaert moet zich toch eens achter de oren krabben’

    Frits van Oostrom zwaait af als hoogleraar. Al een leven lang leeft hij met het middeleeuwse meesterwerk Van den vos Reynaerde. Die grote liefde schreef hij neer in een persoonlijke hommage aan den fellen metten roden baerde.‘Mensen houden van winnaars. De vos wint.’

    Veerle Vanden Bosch

    De koperbel van het mooie Delftse patriciërshuis waar Frits van Oostrom woont, klingelt tijdens het interview. Hij kijkt verwachtingsvol op: ‘Daar zullen misschien de eerste exemplaren zijn.’ Hij zit op hete kolen: vijf jaar heeft hij gewerkt aan het boek waarin hij al zijn kennis over en liefde voor de Reynaert in stelling heeft gebracht. Dé Reynaert, dat is Van den vos Reynaerde, het dierenepos dat Willem die Madocke maecte rond 1260 schreef en dat meer dan 750 jaar later nog steeds tot de verbeelding spreekt. Leven met een middeleeuws meesterwerk, luidt de ondertitel van Van Oostroms boek: het is niet alleen een saluut aan de Reynaert, met een nieuwe editie van de Middelnederlandse tekst achterin, maar ook aan de wetenschappers die er al twee eeuwen gepassioneerd mee bezig zijn. 

    En het is ook een afscheid. Van Oostrom gaat met emeritaat en zet met zijn hommage aan ‘den fellen metten roden baerde’ een vossige punt achter zijn indrukwekkende academische loopbaan. Het was liefdewerk, maar ook hard labeur, deels verricht in het schrijfhuisje achter in zijn tuin. Gerieflijk maar spartaans ingericht, met dossiermappen en boeken over Reynaert langs de wanden, een strooien vossenpoppetje aan de deurklink, pantoffels netjes in de hoek. Hier wordt al jaren met Reynaert geleefd. Dat langverwachte boek voor het eerst in de handen houden wordt een bijzonder moment. 

    Het begon allemaal bij Willem, die een Reynaertavontuur schreef, of een vijte – een heiligenleven – zoals hij het in zijn proloog ironisch noemt. Inspiratie vond hij in de Oudfranse Roman de Renart: 27 korte verhalen of ‘branches’ over de vos die iedereen de loef afsteekt. Verhaalstof die Willem naar zijn hand zette om er een satirisch epos van te maken.

    Wat kan zijn drijfveer zijn geweest?

    ‘Willem had daarvoor, voor zover we weten, alleen de Madoc(ke) geschreven. Wat dat precies is, weten we niet. Maar een dierenverhaal was het wellicht niet. Daarna moet hij echt een bewuste keuze hebben gemaakt om een dierenverhaal te schrijven. De keuze voor Reynaert lag voor de hand: er was het Franse aanbod. Daarbinnen koos hij heel bewust voor Li Plaid: de branche waarin het proces van de vos wordt verhaald. Kennelijk was die door Willems voorganger Arnout – wie dat ook geweest moge zijn – overgeslagen. Dat zegt Willem in zijn proloog. Aan kleine details is te zien dat hij ook elementen ontleende aan andere branches, hij moet een kenner zijn geweest.’

    Heerlijk, schrijven in de middeleeuwen: geen zorgen over auteursrechten of beschuldigingen van plagiaat. 

    ‘Middeleeuwse auteurs staan in een traditie, er zijn altijd invloeden. Vervolgens doen ze er iets eigens mee. Deze dichter gaat daar heel ver in. Hij heeft het tweede deel van de Reynaert volledig nieuw bedacht, met die ongelooflijk ingewikkelde list rond de schat van Kriekeputte. Alles hangt aan elkaar vast. Willems Reynaert is een meester-schaker die zeven zetten vooruit denkt.’

    ‘Bijzonder aan middeleeuwse literatuur is dat er steeds weer nieuwe verhalen worden gemaakt over bekende personages in andere situaties, en door verscheidene dichters. Wij kennen natuurlijk fenomenen als Harry Potter of Maigret, maar daar is de variatie het werk van één auteur. Het is ook niet toegestaan om een nieuw Maigret-verhaal te maken. In de middeleeuwen is dat inderdaad collectief vertelgoed. Dat vind ik fascinerend. Misschien krijgen we dat wel weer terug in deze tijden van internet en fanfictie? Die strakke opvatting van literatuur, “dit is een boek van die auteur en daar mag je niks aan veranderen”: het zou wel eens kunnen dat we die in de 21ste eeuw zien verkruimelen. Een interessante gedachte.’

    Is Reynaert als wrede, boosaardige vos een creatie van Willem? 

    ‘Ook in de Roman de Renart wordt hij steeds kwaadaardiger, maar toch niet zo scherp en wreed als in het Middelnederlands, waarbij zelfs een dode valt. Willems Reynaert is geen pure trickster (een sluwe underdog, zoals die in veel culturen voorkomt, red). Het personage Arsène Lupin bijvoorbeeld, de gentleman-dief in de verhalen van de Franse schrijver Maurice Leblanc, is dat wel: je hebt geen idee hoe hij zijn slag slaat, maar hij komt er altijd ongeschonden uit. Er vallen misschien een paar klappen, maar daar gaat het niet om. Het gaat om Lupins superieure slimheid. Reynaert gebruikt zijn slimheid om te doden: Cuwaert de haas sneuvelt, en als Bruun ontkomt aan de dorpelingen die hem afrossen, is Reynaert boos op de timmerman: wat ben je toch een domme man dat je nog niet eens in staat bent om die beer te doden! Dat was wel degelijk zijn bedoeling. In het Frans is dat niet zo. Er is ook het totale demasqué van de koning aan het eind. Nobel heeft zich laten corrumperen. Net als Bruun en Tybeert bezweek hij voor Reynaerts verleidingen. Hij is dan wel niet fysiek dood, maar moreel zit hij daar dichtbij. En dat in een middeleeuwse context, waarin het koningschap werd beschouwd als iets sacraals, van God gegeven. Er zit heel veel hardheid in de Reynaert.’

    Nam Willem daarmee geen grote risico’s?

    ‘Dat denk ik wel. Hij drijft de spot met het gezag en met de clerus. Na de Reynaert horen we niets meer van Willem. Mogelijk is hij gewoon overleden, maar misschien is het niet zo goed met hem afgelopen. In ieder geval toont hij zich in zijn proloog bewust dat hij iets gaat vertellen waaraan sommigen aanstoot zullen nemen. En hij vaart op voorhand enorm tegen hen uit. Misschien heeft hij zijn hand overspeeld.’

    Er zijn wel aanwijzingen dat de Reynaert snel populair moet zijn geweest. 

    ‘Feit is dat de Reynaert relatief stevig is overgeleverd en dat er nogal wat naar wordt verwezen. Ook de Latijnse vertaling, Reynardus vulpes, duidt erop dat het al in zijn eigen tijd als iets bijzonders werd gezien. De Reynaert is ook relatief vormvast overgeleverd, alsof de kopiisten echt hun best hebben gedaan. Het is dan ook een stilistische parel.’

    Wat weten we over Willem? 

    ‘Ik denk dat we nooit zullen weten wie hij was, maar we kunnen wel een en ander zeggen over zijn profiel. Hij kende het Waasland goed. Het is aannemelijk dat hij er is geboren en in de Gentse ambtenarij is beland. En iemand die in zijn verzen zo geestig kon zijn, moet dat in het gewone leven haast ook geweest zijn. Misschien zelfs een beetje cynisch, sarcastisch, spottend. In mijn boek maak ik de vergelijking met Multatuli, omdat ze allebei helemaal boven in de Nederlandse canonenquêtes staan. Allebei zijn ze grote stilisten, geestig en recalcitrant, ze zijn maatschappijkritisch en cynisch over de macht. En allebei schreven ze een grote roman over de strijd van de eenling tegen de gevestigde orde.’

    Is het dat tegenstribbelen van Reynaert dat schrijvers ook vandaag blijft aanspreken?

    ‘Artiesten zullen altijd een zwak hebben voor Reynaert, en niet voor Jacob van Maerlant. Die vinden ze veel te braaf. Maar als je goed naar Maerlants werk kijkt, zie je dat hij ook heel kritische opmerkingen heeft over hoe het in de samenleving gaat. En zijn strofische gedichten zijn heel sociaal bewogen. Qua opvattingen en maatschappijbeeld liggen ze in veel opzichten niet eens zo ver uit elkaar. Alleen lijken ze een verschillend levenspad te hebben gekozen. Maerlant bleef in de buurt van de macht en had kennelijk een talent voor diplomatie. Terwijl Willem meer een ruziemaker was, dat is toch het beeld dat je overhoudt. Je kunt ze tegenover elkaar stellen als de onderwijzer en de kunstenaar. Maerlant was geen fan van de Reynaert, dat weten we uit een verwijzing in zijn werk.’ 

    Zou je de Reynaert modern kunnen noemen?

    ‘Ik heb mijn hele loopbaan geprobeerd die teksten terug te plaatsen in hun eigen tijd en te laten zien hoe middeleeuws ze zijn. Het is bijna pijnlijk dat ik nu moet zeggen: dit is modern, en het is van alle tijden. Kwam de Reynaert in de kringen van het Gentse Gravensteen tot stand of in een meer burgerlijk milieu? Dat weten we niet. Maar ook los daarvan is de Reynaert opvallend modern. En daarom heeft hij zo’n aantrekkingskracht op schrijvers.’ 

    ‘Vlaamse schrijvers dragen de Reynaert ook veel meer met zich mee dan Nederlanders. Sinds de eerste hervertelling en editie van Jan Frans Willems wordt hij beschouwd als een kampioen van de Vlamingen. Dat was al zo toen er nog geen sprake was van Consciences De leeuw van Vlaanderen. De scène aan het begin waarin het Franssprekende hondje Cortoys zijn beklag doet over een gestolen worst en afgaat als een gieter, is daar ook niet vreemd aan.’

    Die kampioen is wel een perfide figuur.

    ‘Ja, al die mensen die zo gek zijn op Reynaert moeten zich toch eens achter de oren krabben. Weet wel wie je held is: hij steelt, hij martelt, hij moordt. Mijn collega Jozef Janssens noemt hem het kwaad in persoon. Dat gaat me iets te ver. Ik denk dat hij én-én is: boosaardig, en bewonderenswaardig vanwege zijn scherpte, intellect en humor. Hoewel hij tamelijk sadistisch is, moet je toch lachen om de manier waarop hij zijn tegenstanders bespot. Zo maakt hij je medeplichtig. Hij confronteert je met de donkere kanten in jezelf.’

    Hoe verklaart u het feit dat we hem sympathiek vinden en zelfs bereid zijn de donkere kantjes eraf te vijlen?

    ‘Mensen houden van winnaars. Hij krijgt het toch maar voor elkaar in zijn eentje. Hij maalt niet om zijn eer en is volstrekt onafhankelijk. De luipaard Firapeel kan aan het eind wel zeggen: “We zullen hem ophangen’”, maar waar gaan ze hem vinden? Ze weten niet eens dat de vos gevlogen is. Aan het hof is alleen de kop bezorgd van een haas. Reynaert is de overwinnaar van het verhaal. Mensen houden ook van de virtuoze manier waarop hij dat klaarspeelt. Veel navertellingen zijn bovendien bedoeld voor kinderen, en daarin worden de wreedheden toegedekt. Het beeld waarmee je opgroeit is Reynaert als leuke kwapoets. Tot je het Middelnederlands erbij neemt.’ 

    Hij vertoont trekken van een narcist en een psychopaat, schrijft u.

    ‘Enkele jaren geleden woonde ik een lezing bij van een organisatiepsycholoog. Die begon met een filmpje over bankiers in de City of Londen. Hij zei: “Hier zie je de klassieke narcisten en psychopaten. Kijk hoe ze hun eigenbelang permanent laten prevaleren en op een nietsontziende manier alle mensen afmeten aan hoe nuttig ze kunnen zijn. Ze zijn vaak succesvol, omdat ze mensen weten te manipuleren.” Ik dacht: dat geldt voor Reynaert ook heel sterk. Een studie van sociaal psychologe Iris Breetvelt bevestigt dat. En er is het boek The confidence game van psychologe en professioneel pokerspeelster Maria Konnikova. Bluf is typerend voor Reynaert. Als er een tegenwerping komt, schakelt hij een versnelling hoger en trekt een grote waffel open: wat denkt u wel, koning, dat ik u de Leie wijs in de Jordaan? Dat doet de echte bedrieger ook. Als iemand toehapt in het lokaas: meteen eroverheen. Konnikova haalt daar een stapel psychologische vakliteratuur bij. Hier hebben we dus een dichter uit de 13de eeuw die dat gewoon geobserveerd had.’ 

    Willem had dus veel menselijk doorzicht.

    ‘Enorm. En een enkele keer expliciteert hij dat ook, zoals op het moment dat Bruun wordt afgeslacht: ‘Wie so wille, wachte hem dies / die scade hevet of verlies / ende groet ongheval / over hem so willet al’ – Wie dat wil: let maar eens op. Als iemand op de grond ligt, willen ze er allemaal nog eens overheen. Dat is een ontzettend scherpe observatie. Misschien deed hij die mensenkennis op als klerk in een rechtbank. Uit de hele Reynaert blijkt dat hij een bovengemiddelde kennis had van hoe het er in het recht toeging.’ 

    In zijn proloog komt hij ook heel zelfbewust over.

    ‘Dat is zacht uitgedrukt, en dat is eigenlijk nog nooit in dat licht bekeken. Als mediëvist word je makkelijk het slachtoffer van je eigen vak. De dichter die zegt dat hij de goeie lezers wil, dat is een topos, het komt veel voor. Maar Willem is ongemeen scherp, hij heeft bijna iets verbetens: “Ze begrijpen er niks van en weten er niks van, net zo min als ik weet hoe de mensen heten die nu in Babylonië leven.” Dat komt dicht bij de toon van Reynaert.’

    U pleit trouwens voor meer diversiteit in het Reynaertonderzoek: meer vrouwen, bijvoorbeeld, die naar de listige vos kijken.

    ‘Dat zou ik mooi vinden. Er zijn duizenden publicaties over de Reynaert. Meer dan 90 procent daarvan is door mannen geschreven. Ik ben benieuwd naar een vrouwelijke blik. De weinige vrouwen die zich met de Reynaert hebben ingelaten, zijn heel interessant. En het zou ook mooi zijn als bijvoorbeeld onderzoekers die de verhalen over de slimme spin Anansi in hun culturele bagage hebben zitten hun blik op de Reynaert richten. De website neerlandistiek.nl roept mensen op om iets te schrijven over de Reynaert. Daar verheug ik me op: er zullen ongetwijfeld facetten aan bod komen die ik nog niet heb belicht. Het moet vooral een hele open cultuur blijven. Laat mijn boek vooral geen laatste woord zijn dat je in de kast zet, of een grafsteen voor de Reynaert.’

    De Reynaert maakt deel uit van de Vlaamse canon. U was voorzitter van de Nederlandse canoncommissie in 2006. Wat is volgens u de zin of onzin van zo’n canon?

    ‘Het is een beetje zin en een beetje onzin. Je moet mensen niet gaan verplichten die canon uit het hoofd te leren. Een canon is een manier van kijken. Dat hoeft niet per se geschiedenis te zijn, het kan ook voetbal zijn. Je bundelt de markante, waardevolle dingen in een compacte vorm. Ik ben een aanhanger van het idee dat het hoogste doel van onderwijs is: liefde voor de stof wekken. Het gaat niet alleen om pure kennisoverdracht, maar ook om het laten overspringen van een vonk. Dat is wat je met een canon beoogt: een inspirerend fundament. Het grove geschut dat sommigen ertegen in stelling brachten, vond ik daarom wat overdreven. Ik dacht: wacht nou eens af waar die commissie mee komt. Het is in theorie denkbaar dat zo’n canon een nationalistisch product is en een richting ingaat die je helemaal niet wil, maar dat hoeft niet zo te zijn. Wat politici ermee doen, daar moet je natuurlijk wel alert op zijn. Maar om dan op voorhand het hele ding af te wijzen...’

    ‘Zelf hadden we als commissie totale vrijheid. Ik heb tegen de leden gezegd: als we iets kunnen verzinnen waar het land en in het bijzonder het onderwijs een beetje blij mee zijn, dan hebben we iets moois gedaan. Niet vanuit nationalistische motieven, er zit gewoon veel in het verleden waarvan je graag hebt dat kinderen het leren kennen. Omdat het boeiend is. Ik hoop dat de canon van Vlaanderen ook zo zal werken.’

    De bel klingelt alweer, de hond slaat aan. De vos is eindelijk gearriveerd. Van Oostrom bladert zijn pennenvrucht door, zichtbaar ontroerd. Op het voorplat prijkt een frontale vossenkop die Gustave Van de Woestyne maakte bij de Reynaert van Stijn Streuvels. ‘Wij leven al een tijdje met dit woeste beest’, zegt Van Oostroms echtgenote. ‘Van de Woestyne vat prachtig dat vileine.’ Ja, zegt Van Oostrom: het is Reynaert in your face. Hij weegt het boek in zijn hand. ‘Dat is de grote lijn in mijn carrière: dat ik toch een missionaris ben. De Australische criticus Clive James heeft een keer gezegd: “The job of the critic is not to say look what I’ve read, but look how wonderful.” Daarin herken ik me.’

    Frits van Oostrom, De Reynaert.
    Leven met een middeleeuws meesterwerk,
    Prometheus

    Gewijzigd op 2023-05-14 22:36:56
  • zaterdag 13 mei 2023 @ 02:11
    #7
    reactie op (#6) Calamandja

    Een driedelige video-podcast met Frits van Oostrom, Meester van de Middeleeuwen,  vind je hier:

    https://kathedralenbouwers.clubs.nl/videos/map/1432601_frits-van-oostrom

     

  • donderdag 04 mei 2023 @ 20:47
    #6
    reactie op (#5) Calamandja

  • woensdag 19 april 2023 @ 20:41
    #5
    reactie op (#4) Calamandja

    Het nieuwe boek van Frits van Oostrom is nog niet verschenen maar dat belet niet dat Reynaert de vos terug volop in het nieuws is. Vandaag werd een volledige pagina gewijd in de Vlaamse krant De Standaard aan enkele lijnen van Van den vos Reynaerde die in een stukje middeleeuws perkament werden ontdekt ter gelegenheid van een digitalisatieproject. Het artikel is van de hand van Veerle Vanden Bosch.

    Een vos met sterallures

    De vondst van een bijzondere pennenproef in een Leuvens handschrift bewijst dat het middeleeuwse dierenepos Van den vos Reynaerde al snel na zijn ontstaan behoorlijk populair moet zijn geweest.

    Een ongeluk komt nooit alleen. Of om het wat bloemrijker te zeggen in het 13de-eeuwse Gents van het dierenepos Van den vos Reynaerde: ‘Wie so wille wachte hem dies/ Die scade hevet of verlies/ Ende groet ongheval/ Over hem so willet al.’ Dat citaat vonden twee doctoraats­studenten terug in de abdij van Park in Heverlee, op een stuk perkament dat nooit eerder was onderzocht. Op het vel, dat oorspronkelijk wellicht een schutblad van een handschrift is geweest, maar is losgeraakt, staat een tiental pennenproeven. Een opzienbarende vondst, want de woorden werden rond 1300 neergeschreven. Dat ­betekent dat Van den vos Reynaerde al vroeg behoorlijk populair moet zijn geweest: Willem die Madocke maecte schreef zijn meesterwerk rond 1260 in wat toen het graafschap Vlaanderen was. Veertig jaar later was er dus een kopiist in een klooster in het hertogdom Brabant die een fragment zo los in het hoofd had dat hij er zijn net bijgesneden ganzenveer mee uitprobeerde.

    Het gaat om een soort moraal tot besluit van de scène waarin Reynaert Bruun de beer, die hem komt dagvaarden, meetroont naar een erf waar een timmerman een ­gespleten boomstam te drogen heeft gelegd, met het verhaal dat er honing in zou zitten. Wanneer Bruun vast komt te zitten met zijn snuit wordt hij afgerost door de dorpelingen. Hij betaalt een hoge prijs voor zijn gulzigheid.

    Een monnik met smaak

    In de studie van de Middelnederlandse literatuur is de Reynaert­studie een branche op zich. Dat is niet verwonderlijk: Van den vos Reynaerde is een van de absolute topwerken van de middeleeuwse Europese literatuur. Er zijn boekenplanken over volgeschreven, de tekst houdt al tweehonderd jaar wetenschappers in de ban. Wat gaat er dan door je heen als je als doctoraatsstudent zo’n ontdekking doet, zoals ­Laurent Breeus-Loos en Irene Van Eldere overkwam? ‘Als je zoiets ontdekt, spring je een gat in de lucht’, zegt Breeus-Loos aan de ­telefoon.

    De twee deden hun ontdekking toen ze pas na afstuderen in 2021 stage liepen bij Medieval Manuscripts in Flemish Collections (MMFC), een initiatief dat middeleeuwse handschriften in Vlaamse collecties in kaart brengt en digitaliseert. ‘We waren bezig met een fotosessie in de abdij van Park, die over een grote collectie beschikt, met de bedoeling de handschriften te digitaliseren en op een archiefwebsite te plaatsen. Het vel zat in een doos en had een nummer meegekregen, maar wat er precies op te lezen stond, was nog niet onderzocht. Van de tien pennenproeven die erop staan, zijn er drie onleesbaar omdat de inkt te veel is vervaagd. Verder staan er vier citaten in het Latijn, eentje is tweetalig Latijn-Frans, twee zijn in het Middelnederlands: een citaat uit Spiegel historiael van Jacob van Maerlant, een middeleeuws geschiedenisboek, en dus dat bijzondere citaat uit Van den vos Reynaerde. We weten dat dezelfde kopiist twee Latijnse, het tweetalige en de Middelnederlandse fragmenten heeft geschreven. We hebben zijn hand ook teruggevonden in een cartularium – een soort register waarin de oorkonden van de abdij zelf werden afgeschreven. Dat hielp bij de datering. Het is heel waarschijnlijk dat de kopiist een premonstratenzer kanunnik was van de abdij zelf.’ 

    Het is opmerkelijk dat uitgerekend een monnik ervoor koos om zijn pen uit te proberen met een zo wereldse tekst als de Reynaert, aldus Breeus-Loos: het is niet meteen stichtelijke literatuur, met al de wreedheden, subversieve allusies en schunnige moppen die erin zijn verwerkt. De Reynaert is een satire die een donkere wereldvisie uitdraagt.

    Middeleeuwse hype

    ‘We weten dat een middeleeuwse tekst populair was als er veel handschriften van overgeleverd zijn. Van de Historie van Troyen hebben we bijvoorbeeld 19 kopieën,’ zegt Breeus-Loos. ‘Van Van den vos Reynaerde zijn maar twee volledige handschriften overgebleven, die dateren uit de 14de en de 15de eeuw, late kopieën, dus. Verder zijn er alleen drie fragmentarische handschriften bekend. Dat is niet zo heel veel. Dat er nu zo’n vroeg citaat is gevonden, wijst op een snelle verspreiding van de tekst. Dat bewijst de populariteit van het epos, ook in geestelijke kringen. Een middeleeuwse hype, dus.’

    Het stuk perkament met de pennenproeven

     

    Gewijzigd op 2023-04-19 20:43:46
  • maandag 09 januari 2023 @ 21:48
    #4
    reactie op (#3) maerlandt

    Het is wel een kanjer van 600 bladzijden, die dan ook 50 euro zal kosten. Verschijningsdatum is voorzien in mei 2023.
    De uitgeverij schrijft er het volgende over:

    Een meesterlijk boek over een tijdloos meesterwerk dat ons doet lachen en huiveren om onszelf

    Van den vos Reynaerde geldt als het meesterwerk van de Nederlandse middeleeuwse letterkunde, en misschien wel van de hele Nederlandse literatuur. Steevast als nummer 1 of 2 op canonlijstjes; nog altijd een succesnummer op school; voorwerp van duizenden publicaties; inspiratiebron voor nieuwe navertellingen, toneel, beeldende kunst, toerisme en vossenkitsch; en inmiddels via vertalingen wereldwijd verspreid. Wat is toch het geheim van deze klassieker, die in elke tijd ook als een moderne roman leest, en zoveel heeft betekend voor zovelen? Met het enthousiasme van de levenslange liefhebber besloot Frits van Oostrom om een boek te wijden aan zijn visie op de Reynaert, als een ode aan de tekst en aan zijn vak. Met het doel te laten zien wat de Reynaert zo uniek maakt voor al die generaties liefhebbers en onderzoekers die – soms tot op het obsessieve af – met deze tekst hebben geleefd. En uiteindelijk gaat het ook over Van Oostroms eigen levenslange omgang met onze beroemdste middeleeuwer: een vos.
    De Reynaert. Leven met een middeleeuws meesterwerk biedt in zijn breedte en diepte een weergaloos panorama van literatuur, geschiedenis en wetenschap. 

    Gul in kleur geïllustreerd, en met een nieuwe editie naar alle bronnen van de Middelnederlandse tekst, met woordverklaring en verantwoording, door Ingrid Biesheuvel en Frits van Oostrom.
    Frits van Oostrom is universiteitshoogleraar te Utrecht. Hij ontving talloze prijzen en eerbewijzen, waaronder de AKO Literatuurprijs, de Spinozaprijs en in Vlaanderen de Keizer Karelprijs en de Gouden Penning van de Belgische Academie van Wetenschappen. Zijn meest recente boek, Nobel streven, werd in 2018 bekroond met de Libris Geschiedenis Prijs.
    ‘Frits van Oostrom wil je alleen al om zijn schrijfstijl lezen.’
    Vrij Nederland

  • maandag 09 januari 2023 @ 16:39
    #3
    reactie op (#1) Calamandja

    Boek "Maerlants wereld " gelezen en rust nu in de boekenkast .

    Ben benieuwd naar dit volgende boek van hem , Maerlant was wel een boek die vlot las dus hopelijk ons "Voske " ook ...crying