Geplaatst op zondag 12 december 2004 @ 12:54 , 1776 keer bekeken
Een bekende Franse tv presentator, Pierre Perret, wilde nu wel eens weten of Frankrijks nationale heldin daadwerkelijk op die wijze is omgekomen, of dat de geschiedenis, zoals niet ongebruikelijk - en zeker niet in Frankrijk - een klein beetje is omgebogen.
De documentaliste van Pierre Perret, Mme Annicq Sinet, heeft in opdracht van de bekende presentator een nauwgezet onderzoek gedaan naar het fenomeen Jeanne en is op die speurtocht in het verleden tot een aantal interessante conclusies gekomen. Zo bleek dat in feite niemand het relaas van het zogenaamde boerenmeisje goed kent. Wat heeft ze in werkelijkheid voor Frankrijk betekend?
Is ze wel op de brandstapel om het leven gekomen?
De geschiedenis van Jeanne d'Arc, beter gezegd Jeanne de Lys, speelt zich af aan het einde van de 100-jarige oorlog (1337-1453). Aanvankelijk ontstond de oorlog tussen Engeland en Frankrijk doordat Eleonore d'Aquitaine trouwde met Henry II, in 1152. Daarmee viel het grondgebied Aquitaine, met als hoofdstad Bordeaux, in Engelse handen. Voortdurend rijzen er moeilijkheden over dit grondgebied tussen Engeland en Frankrijk.
Aan het einde van de 15e eeuw was Frankrijk ondergedompeld in een totale anarchie. Charles VI, min of meer krankzinnig geworden, verwekt een 11e kind bij zijn vrouw, Isabeau de Bavière. Dit kind wordt de later koning van Frankrijk, Charles VII.
Zij stort zich in een affaire met Louis d'Orleans, hertog van het gelijknamige gebied. De man is een onverbeterlijke rokkenjager en heeft de verhouding tussen de twee het gevolg dat koningin Isabeau zwanger raakt van haar 12e kind, een meisje.
Daarmee begint dan het merkwaardige leven van een meisje dat als Jeanne d'Arc de geschiedenisboeken in zal gaan.
De dag na de geboorte van het meisje wordt Louis d'Orléans door toedoen en in opdracht van Jean Sans Peur, Hertog van Bourgondië, vermoord in de Rue du Veille Temple, op 27 november 1407. Beiden waren verwikkeld in een conflict over grondgebied dat door hen onderling betwist werd.
Koningin Isabeau, die haar beschermer nu kwijt was, vreesde voor het leven van haar liefdeskind. Het meisje werd toevertrouwd aan een van haar vertrouwelinges die geheel was toegewijd aan de familie d'Orléans. Zij kende en bewaarde het geheim van de overspelige koningin en haar illegitieme dochter. Deze hofdame bracht het kind naar haar ouders, Jaques d'Arc en Isabelle Romée die aan het hof verbonden waren van koningin Yolande d'Anjou, echtgenote van Louis d'Anjou, koning van Napels tevens een aartsvijand van Jean Sans Peur.
Zij ontvangen een groot bedrag voor de opvoeding van het meisje. De familie d'Arc behoort tot de kleine landadel en bezat een versterkte boerderij (manoir) met twintig hectare land.
Haar pleegmoeder kon lezen noch schrijven, als zoveel adellijke meisjes, maar was wel diep gelovig en leerde de kleine Jeanne te bidden.
Daarbuiten kreeg zij van een van de omwonende landheren, Bertrand de Poulengy, al op jeugdige leeftijd les in paardrijden en vermoedelijk ook les in het hanteren van wapens. Op zich niet zo ongeloofwaardig want Frankrijk werd geteisterd door talloze ruiterbendes die dan weer voor de ene - en dan weer voor de andere partij vochten. Tussendoor plunderden zij boerderijen en overvielen zij reizigers en handelaren.
Dan - op een dag - Jeanne is dertien jaar oud, heeft zij haar eerste visioen.en verschijnt de engel Saint Michèl aan haar. Enkele dagen later breken de Engelsen het beleg om Mont St. Michèl op om dat het niet in te nemen viel. Jeanne ziet dit als een belofte en signaal uit de hemel.
Op haar veertiende, 1426, krijgt zij stemmen te horen die haar opdragen de koning van Frankrijk te hulp te schieten in zijn strijd tegen de Engelsen. Sprakeloos geeft ze als antwoord dat ze nooit gewapend te paard zal gaan om troepen aan te voeren.
Ze krijgt echter als antwoord dat Sainte Catherine en Sainte Marguerite haar te hulp zullen komen.
Charles VI sterft op 21 october 1422. De kroonprins, Charles VII is nauwelijks achttien. De nederlaag van Azincourt (1415) en het verdrag van Troyes, getekend door Phillipe Le Bon, heeft Frankrijk nagenoeg aan de Engelsen overgeleverd.
Na de dood van zijn vader, Henry V, verklaart Henry VI zich koning van Engeland - en Frankrijk.
De hachelijke situatie waarin Charles VII verkeerde nam hand over hand in ernst toe. De Gascogners, Armagnacs en Bourgondiërs stonden aan de kant van de Engelsen.
Veel land bezat deze koning niet, niet meer dan de Tourraine, het Hertogdom Orléans, de landstreek Berry, de Auvergne en de Dauphiné. Minachtend werd hij dan ook door zijn vijanden de 'koning van Bourges' genoemd. De rest van Frankrijk, althans wat er nog van overgebleven was nadat de Engelsen het merendeel hadden veroverd, was versnipperd tussen de Armagnacs, hun clangenoten en Bourgondië.
Practisch gesproken stond Jeanne voor een onmogelijke taak. De koningin Yolande die vreesde voor verdere annexatie van haar grondgebied schoot haar echter te hulp en liet haar door de al eerder genoemde Bertrand de Poulengy - overeenkomstig haar status - en Jean de Novelempont opleiden. Natuurlijk moet Yolande geweten hebben dat Jeanne een buitenechtelijk kind was van Isabeau de Bavière en Louis d'Orléans.
De Poulengy gaf haar les in lezen en schrijven en de Novelempont onderrichtte haar in het gebruik van wapens en het omgaan met paarden.
Op 12 oktober 1428, Jeanne is dan eenentwintig jaar, slaan de Engelsen het beleg om de stad Orléans, een strategische zet die tot de totale val van Frankrijk kon leiden en het einde van het troonpretendentschap van Charles kon inluiden.
Na de eerste aanval, op 21 oktober van datzelfde jaar, een driedaagse strijd, trekken de Engelsen zich terug op hun stellingen, zich voorbereidend op een langdurig beleg.
Yolande d'Anjou, op de hoogte van de plannen van Jeanne, laat expres het gerucht rond gaan dat een 'jonkvrouw uit de Lorraine met haar troepen zal komen en de stad verlossen van de Engelsen.
De Engelsen belegeren Orléans om zich toegang te verschaffen tot de Maine, de streek tussen Seine en Loire met als belangrijkste steden Montargis, Fargeau, Meung, Beaugency en Olivet.
In die tijd telde Orléans ongeveer 30.000 inwoners; een sterke ommuurde stad, geflankeerd door 34 torens. Een 5000tal burgers kon onder de wapenen worden gebracht en met behulp van nog eens 4 à 5000 huursoldaten (routiers) van allerlei nationaliteit vormde de stad Orléans nu niet direct de meest makkelijke prooi voor de Engelsen. Het stadsgarnizoen stond onder bevel van La Hire, Xantrailles en Dunois, de laatste is ook een bastaard van Louis d'Orléans. Voorts beschikte de stad over 71 mortieren die stenen van 200 kg over een afstand van 800 meter konden afvuren.
Ten tijde van deze gebeurtenissen passeren uit alle landstreken ijlboden Domrémy, soldaten uit het noorden en zuiden die wegvluchten voor de naderende Engelsen.
Jeanne weet ze echter tegen te houden en brengt hen in haar ban. Ze vertelt over haar visioenen en het beleg van Orléans.
De kapitein van het garnizoen in Domrémy, Robert de Beaudricourt, lacht haar uit om haar wilde plannen; Jacques d'Arc verbiedt haar hiermee door te gaan. Zij wilde naar de koning toegaan en hem te zeggen dat ze hem haar hulp zou bieden en maakte al plannen naar het heilige Reims te gaan om Charles aldaar te bezoeken. Beaudricourt voorkomt dit en stuurt haar weg.
Een aantal maanden later echter verzoekt Bertrand de Poulengy Jaques d'Arc de plannen van diens dochter niet in de weg te staan en haar niet langer te beletten de strekking van haar visioenen te volgen.
Jaques d'Arc geeft tenslotte toe en Jeanne vertrekt naar de hertog van Lorraine die haar bij haar aankomst verwelkomd en haar een wapenrusting en enige wapens geeft.
Op 24 februari vertrekt ze uit Domrémy onder begeleiding van De Poulengy, Jean de Metz, Colet de Vienne, een boogschutter en twee lansquenets, onder luide toejuichingen van de inwoners van het stadje.
Midden in een vijandig gebied, doordrenkt met haar vijanden, roofbendes, huursoldaten van allerlei origine, leggen zij een 150tal mijlen af.
De 4e maart bereiken zij Gien. Jeanne stuurt een bericht naar Dunois. Een ander bericht gaat naar de kroonprins Charles, waarin ze hem om een onderhoud vraagt.
Zonder op antwoord te wachten hervat ze haar reis. Daarmee ontsnapt ze aan een aanslag die beraamd werd door een van de adviseurs van Charles, een zekere sire De La Trémouille.
Op 5 maart 1429 bereiken ze Chinon. Daar ontmoet Jeanne een vertrouweling van koningin Yolande, Gerard Masset, biechtvader van de kroomprins. Deze geeft haar een doos met documenten die bevestigen dat zij de dochter is van Isabeau de Bavière en Louis d'Orléans.en een gouden medaillon met het familiewapen van de Orléans.
Charles de la Trémouille, opperkamerheer van Charles VII, raadt hem ernstig af deze 'door demonen bezeten avonturierster' te ontvangen. De kroonprins, 22 jaar ziet er ronduit belachelijk uit. Lelijke troebele kleine ogen, een dikke buik, magere kromme benen, geven hem niet direct een koninklijk aanzien.Desalniettemin besluit hij haar toch te ontvangen. Hij weet dat zij zijn halfzuster is, zij is een jaar jonger dan hij (Charles was het 11e kind) en Charles is nieuwsgierig naar het meisje dat hij als een intrigante beschouwd. Om indruk op haar te maken bereidt hij haar een grootse ontvangst, door 50 paar fakkels verlicht, ontvangt hij haar in de grote zaal van het paleis. De lichtgeraaktheid van Charles VII verdwijnt bij toverslag als hij haar daadwerkelijk ontmoet.
Charles de la Trémouille en zijn complice Regnault de Chartres stellen alles in het werk om haar te verhinderen ook maar enige invloed op de kroonprins te krijgen. Een commissie (lees inquisitie) van theologen en kanunniken ondervragen haar en eisen een verificatie van haar maagdelijkheid, mede op verzoek van aartsbisschop d'Embrun. Hiervoor komt koningin Yolande en na onderzoek van Jeanne bevestigd zij haar maagdelijke status. Nu uit niets blijkt dat Jeanne valse pretenties heeft, verklaart men haar 'nederig, devoot, eerlijken eenvoudig.'
Op 15 april van het jaar 1429 stelt Charles VII Jeanne d'Arc aan het hoofd van zijn militaire operaties. Yolande d'Anjou verkoopt tafelzilver en sieraden en brengt geld bijeen waarmee de ravitaillering en soldij van de manschappen moet worden betaald. Bestemd voor de bevrijding van Orléans. (60 wagens, 435 runderen, varkens en schapen)
Het leger van Jeanne bestaat naar schatting uit 8 à 10.000 man, samenraapsel van alles wat maar wapens kan dragen en slaat zij haar kampement op aan de stadsgrenzen van de stad. Aanvankelijk weigeren de soldaten haar orders uit te voeren van wat zij 'een wilde meid' noemen.
Maar dan verschijn zij in haar glanzende harnas, een zwaard aan haar zijde, een lans in haar hand. Haar verschijning maakt een diepe indruk op de rebellerende mannen! Als een vloedgolf gaat haar naam van mond tot mond.
Gilles de Rais, een ruiterkapitein, buigt zich als eerste voor haar neder. Hiermee heeft zij het pleit gewonnen en de nog rebellerende soldaten worden het kamp uitgejaagd. Priesters dragen de mis op en een ieder die wil biechten is welkom! Op 29 april is het pleit beslecht en betreedt zij de stad Orléans.
De Engelse soldaten, bijgelovig van aard, worden na een aanval op hun kamp uit elkaar gejaagd; vluchtend trekken ze zich terug. Enkelen houden toch noch stand, zoals Raoul de Gaucourt, een vriend van De La Trémouille en een stille bondgenoot van de Bourgondiërs. De schermutselingen duren voort. Zij spaart het leven van commandant William of Glandsdale, maar anderen komen er minder goed vanaf.
Op de 7e mei wordt zij door een pijl in haar schouder getroffen. Een visioen had het haar al voorspeld. Ondanks haar verwonding hervat zij de volgende morgen de strijd om de stad.
Op 10 mei is de stad bevrijd van haar belegeraars na een negen dagen durend gevecht.
Dan, op 17 juli wordt Charles VII tot koning van Frankrijk gekroond.
Hiermee zou het verhaal van het dappere meisje een einde genomen kunnen hebben als zij zich niet had bemoeit met de vrijlating van haar halfbroer Charles d'Orléans die in Engeland gevangen zat.
Zeer tegen de zin van haar koninklijke halfbroer Charles VII, die haar wilde uithuwelijken aan Gilles de Rais, haar wapenbroeder van het eerste uur, toogt Jeanne op 23 mei van het jaar 1430 naar Rouaan, een stad die in handen was van de Anglo-Bourgondiërs.
Wederom zegt een visioen haar dat ze in die stad gevangen wordt genomen en dat Phillipe Le Bon haar zou uitleveren aan de inquisitie. Dat gebeurt daadwerkelijk en Jeanne die niets en niemand had om zich daar te verdedigen wordt gevangen genomen precies zoals haar is voorspeld.
En hier neemt het verhaal een wending die duidelijk afwijkt van datgene dat de geschiedenis ons voorhoudt.
Pierre Cauchon, bisschop van Beauvais, was biechtvader van Yolande d'Anjou., maar genoot niettemin een zeer slechte reputatie, zoals veel kerkvorsten uit die tijd, belust op geld en macht als ze waren.
Hij voert het proces tegen Jeanne die eruit ziet als een jongen met haar korte pagekapsel.
Hij zorgde ervoor dat ze kon ontsnappen en zo ontliep zij de brandstapel.
Via een onderaardse gang, dezelfde die de Gestapo in juli '44 gebruikte om veilig uit Rouaan weg te komen. Deze onderaardse gang bestaat nog steeds en bevindt zich bij het pand rue Jeanne d'Arc 102.
In haar plaats werd een vrouw verbrand die eveneens beschuldigd was van hekserij. Jeanne zelf, na haar succesvolle ontsnapping, werd naar een kasteel in Picardië gebracht. Ze treedt later in het huwelijk met Robert des Armoises.
Gilles de Rais, gevreesd ruiterkapitein, slechte reputatie wat vrouwen betreft, haalt haar over de wapenen weer op te nemen om de vele ruiterbenden die Frankrijk doorkruisen te elimineren en die het platteland onveilig maken.
Haar echtgenoot verkoopt zijn seigneurerie d'Haraucourt om manschappen te kunnen werven; volgens een akte van verkoop 7 november 1436, getekend door Robert des Armoises en Jeanne de Lys - een titel die haar door Charles VII gegeven was (Lys, lely, koninklijk embleem van Frankrijk).
De 'maagd' verkocht haar bezit voor 350 franc en 12 gros aan Collard de Failly.
Begin 1436 gaan Jeanne en Gilles de Rais met 500 ruiters op pad om de stropende benden gewapenderhand te bestrijden. Gedurende twee jaar trekken ze door de Charente, Aquitaine en Bayonne. Tijdens die tocht wordt Jeanne gewond, dodelijk naar men in Orléans denkt en zegt.
Voor haar zielerust worden er enige missen opgedragen in de kathedraal van Orléans.
Op 1 augustus echter, arriveert zij in Orléans om te herstellen van haar verwondingen. De stad brengt collectief een bedrag van 200 gouden livres bijeen en stelt die ter hare beschikking: "A Jehanne des Armoises, pour le bien qu'elle a fait à la dite ville durant le siège."
Wat er daarna met haar gebeurt en hoe haar verdere leven verloopt is historisch niet meer interessant of van enig belang. Zij leeft nog een aantal jaren met Robert des Armoises als echtgenoot en uiteindelijk, in 1449, bezwijkt zij aan een hevige koorts, tweeënveertig jaar oud, op het Château d'Autray.
Haar stoffelijk overschot is bijgezet in de kapel van de kerk in Pulligny.
15 februari 1450
Charles VII geeft de Rector van de Universiteit van Parijs opdracht om een onderzoek in te stellen naar "Les fautes et abus du procès de Jeanne" - teneinde haar rehabilitatie in het openbaar en officiëel te bewerkstelligen. De paus, Nicolaas V, weigert resoluut zijn medewerking en die van de kerk.
7 juli 1456
Calixte III, opvolger van paus Nicolaas V, vernietigd het vonnis van de Inquisitie en Jeanne wordt postuum vrijgesproken van ketterij en afgoderij.
1869
Monseigneur Dupanloup begint met een onderzoek naar de heiligverklaring van Jeanne d'Arc en onderneemt de nodige maatregelen teneinde die door de kerk te laten bekrachtigen.
1885
Monseigneur Couillé zet het onderzoek voort en maakt een voorlopig proces verbaal op.
1888
De Congregatie der Riten verzoekt om een aanvullend onderzoek en wil een overzicht van de daden van Jeanne d'Arc en de bijzondere omstandigheden die haar deze liet uitvoeren. (visioenen)
1920
Onder druk van de Franse regering tekent en bekrachtigd Paus Benoit XV tenslotte het decreet de heiligverklaring.
Conclusie
Er zijn, ook in Frankrijk, een aantal studies gemaakt over het fenomeen Jeanne d'Arc.
Die gaan uiteraard wat dieper in op de politieke verwikkelingen in de periode van haar leven: men heeft in de Bibliotheque Nationale toegang tot veel informatie. Het staat vrijwel zeker vast dat Jeanne d'Arc, beter gezegd Jeanne de Lys, een halfzuster was van Charles VII.
Sterker nog, het feit dat zij een koninklijke achternaam krijgt, het feit dat zij niet van boerenafkomst is, ook al hadden haar ouders een boerderij, -zij waren van adel- bewijst dat het niet zo maar om een eenvoudig meisje gaat.
Maar de legendevorming gaat hieraan voorbij. Evengoed zou men tegen een graaf, hertog of baron kunnen zeggen dat hij een boer is omdat hij land, vee en opstallen heeft.
Het feit echter dat zij haar halfbroer, met de officiële titel van hertog heeft willen redden uit Engelse handen, doet enig licht op de zaak werpen.
Namelijk het meisje weet dat zij een Orléans is.
Zij weet dat haar vader door de Bourgondiërs werd vermoord.
Zij weet dat de kroonprins geen sterke figuur is en dat hij omringd wordt door edelen die alleen hun eigen belang dienen, wat in het huidige Frankrijk nog steeds niet anders is.
Zij kent Yolande d'Anjou die ook belang heeft bij het vertrek der Engelsen of die van de Bourgondiërs.
Yolande d'Anjou brengt dus de bewuste geruchtenstroom op gang: "Een maagd uit Lotharingen (Lorraine)......."
Bertrand de Poulengy doet hetzelfde.
Jeanne wil niets anders dan wraak nemen op de Bourgondiërs en gebruikt daarvoor haar visioenen. Als blijkt dat de Engelsen een beleg om de stad geslagen hebben, een stad die háár feitelijk toebehoort, of in ieder geval van haar familie is, haar halfbroer Charles d'Orléans zit immers in Engeland gevangen, ziet zij zich geroepen de stad te bevrijden.
Sterker nog, haar militaire carrière is in feite teneinde als het haar lukt de Engelsen en de Bourgondiërs een verpletterende slag toe te brengen.
Dit wordt benadrukt door het feit dat er geen sprake is van enige militaire activiteit van enige nationale importantie door haar persoonlijk uitgevoerd ná het beleg van Orléans!
Dat zij met een notoire vrouwenverkrachter als Gilles de Rais optrekt om met haar ruiters het grondgebied van de Engelsen af te stropen lijkt eerder meer op een wraakoefening dan op het elimineren van zogenaamde vijandelijke ruiterbendes. Natuurlijk, het een hoeft het ander niet uit te sluiten maar vast staat dat zij na haar proces in Rouaan geen enkele daad van belang - voor Frankrijk - heeft verricht.
Dat Charles VII een jaar na de dood van zijn halfzuster haar van een mogelijke slechte reputatie wilde zuiveren, is niet meer dan logisch.
Het bloed kruipt waar het niet gaan kan en Jeanne was zijn halfzuster! Die ook nog een beslissende stap voor hem nam door Orléans te bevrijden toen dat voor hem onder zijn omstandigheden onmogelijk was.
Het meisje moet hem tijdens haar eerste bezoek aan hem hem hebben verteld over de documenten die ze in Chinon kreeg en die overtuigend bewezen dat zij zijn halfzuster was. Vandaar die ommekeer in zijn gedrag.
Behalve dat ze een rasactrice geweest moet zijn, zeker niet onknap, met een hoge mate van zelfbewustzijn en daarbij vaardig met haar mond en niet in de laatste plaats met zwaard en lans.
Het spel is anders. Van corrupte politici en kerkvorsten, waarvan de laatsten er echter niets voor voelden om een avontuurlijk meisje, zeker geen maagd, heilig te verklaren. Maar de Franse politiek besliste anders. De Frans-Duitse oorlogen waren gericht op het bezit van enige provincies die door beide landen geclaimd werden. Een van de belangrijkste was Elzas Lotharingen, of de Lorraine zoals de Fransen deze provincie noemen.
De Franse politici zochten een aanleiding om de half Duitse- half Franse bevolkingsgroep aan zich te binden en uitte het verlangen om de halve legende omtrent Jeanne d'Arc kerkelijk te laten bekrachtigen.
Kijken we naar het tijdsverloop tussen de eerste onderzoeken en het uiteindelijke resultaat, de heiligverklaring, dan zit daar zegge en schrijven 51 jaar tussen.
Ná 1456 bleef het echter tot die tijd dat de onderzoeken plaats vonden muisstil omtrent Jeanne en plotseling, tijdens de Frans-Duitse oorlog die leidde tot een nederlaag van de Fransen bij Sedan in 1871, ja dan bloeit de reeds lang gestorven legende ineens op. Dan duurt het toch nog zo lang voordat de heiligverklaring afkomt.
Logisch! Ook de kerk heeft archieven en die van de Katholieken zijn zeer goed bijgehouden. In Rome, waar men alles zorgvuldig bewaart ligt de oplossing van het grote geheim. Daar zullen wij echter nooit iets van weten want nimmer laat het Vaticaan iets van haar duistere geheimen los.
Daar liggen de documenten die exact kunnen vertellen wat de geheimen van Jeanne nu precies inhielden.
Zetten we Jeanne terug in haar tijd, dan zien we het beeld van een avontuurlijk, zelfbewust, knap en sterk meisje. Geen devote biddende maagd zoals de kerk deze graag ziet. (De kerk heeft iets met maagden)
Een meisje dat met een aartsschooier als een Gilles de Rais optrok die min of meer haar wapenbroeder was. En misschien meer!
Jeanne d'Arc is een van Frankrijks nationale heldinnen. Haar van haar voetstuk halen en laten zien zoals zij was, of zou kunnen zijn, zou je de woede van de Franse politici op de hals kunnen halen. De twee recente films die over Jeanne d'Arc gemaakt zijn laten immers geen correct beeld zien van het ware verloop van de geschiedenis. De vertolking met Milla Jovovich in de hoofdrol is een zeer slecht product. Die met Lee Lee Sobieski, lijkt er meer op maar laat duidelijk blijken dat lang niet alles uit de kast is gehaald ofschoon de hoofdrolspeelster een zeer acceptabele Jeanne neer zet.
Bron: jeannedarc@groups.msn.com
Welkom bij Clubs!
Kijk gerust verder op deze club en doe mee.
Of maak zelf een Clubs account aan:
Aanbevelingen door leden:
bernard-de-clairvauxEen geweldige community over de middeleeuwen in al haar facetten. Boeken, tentoonstellingen, steden en discussies met diepgang en humor. Een Vlaams-Nederlandse samenwerking van historisch niveau!