Geplaatst op zaterdag 06 december 2008 @ 15:10 , 1301 keer bekeken
De heilige Nicolaas van Myra
Ook allemaal uw schoentje gezet? 6 december is inderdaad de feestdag van Sinterklaas, in feite Nicolaas van Myra, een vermaarde volksheilige, over wie echter betrouwbare historische gegevens ontbreken. Hij zou in de eerste helft van de 4de eeuw bisschop van Myra in Lycië (ruïnes ten zuidwesten van Antalya in Zuid-Turkije) zijn geweest en het Concilie van Nicea (325) hebben bijgewoond. Aan de meer gedetailleerde gegevens liggen levensbeschrijvingen van heiligen ten grondslag, die dezelfde naam droegen, vooral van Nicolaas van Pinara in Lycië (gestorven in 564). Sedert de 9de eeuw werd Nicolaas in Rome en Italië vereerd. Het gebeente van Nicolaas ligt begraven in het Zuid-Italiaanse Bari (Puglia).
De kern van de Sinterklaas-legende, die van Griekse oorsprong is, wordt gevormd door de verhalen over de redding van drie onschuldig ter dood veroordeelde schipbreukelingen of over de drie arme meisjes aan wie Nicolaas in het geheim geld gaf, zodat zij konden trouwen. Ook zou hij drie kinderen die tijdens een hongersnood om het leven waren gebracht, weer ten leven hebben gewekt. Zo werd hij de heilige van de onverhoopte goede gaven.
Basiliek van Sint-Nicolaas te Bari
De basiliek geldt als het prototype van de Romaanse bouwstijl van Apulië.
In Myra en Constantinopel werd hij vereerd vanaf de 6de eeuw. Vandaar verspreidde zij zich over de hele Griekse en Russische kerk. Sedert de 9de eeuw werd Nicolaas in Rome en Italië vereerd en vanaf de 10de eeuw in Duitsland, Engeland en Frankrijk. Vooral de Hanze verspreidde zijn verering in het noorden van Europa. In 1087 werd zijn gebeente overgebracht naar Bari in Zuid-Italië. Nicolaas werd de patroon van scholieren, kinderen, schippers, gevangenen, bakkers, kooplieden, apothekers, juristen, van steden (bijv. Amsterdam) en landen (bijv. Rusland).
In de legenden die in de Nederlanden over hem in omloop waren, kwam Spanje in de plaats van Zuid-Italië; vandaar ook zijn zwarte (Moorse) knecht. In de beeldende kunst wordt Nicolaas vaak afgebeeld als bisschop in vol ornaat, met naast zich drie kinderen in een kuip (symbool van de kinderen die hij gered zou hebben) of met drie bollen als symbool van de bruidsschat die hij gaf aan drie meisjes. Soms heeft hij een schip of een anker als attribuut.
Het Sinterklaasfeest is in Nederland en Vlaanderen één van de populairste feesten van het jaar. In Nederland is het feest vooral in de eerste eeuw na de Reformatie heftig bestreden (zonder veel succes) door de protestantse kerkelijke overheid, omdat het een katholiek feest was, en door de wereldlijke overheid, omdat het aanleiding gaf tot wanordelijkheden. Aanvankelijk (tot in het begin van de 20ste eeuw) werd het vrijwel alleen in de steden gevierd, daarna is het van een kinderfeest tot een algemeen gezinsfeest geworden, gekenmerkt vooral door het geven van geschenken (al of niet vergezeld van verzen en al of niet verpakt als surprise) en traditionele lekkernijen (banket, speculaas, pepernoten). Opmerkelijk: in Grouw (Friesland) wordt op 22 februari Sint-Pieteravond gevierd, een verlaat Sinterklaasfeest (met een zwarte Sinterklaas en een witte Pieter).
In Vlaanderen heeft Sinterklaas de Graaf van halfvasten en vaak ook Sint-Maarten (alias Martinus van Tours) als kindervriend verdrongen. Martinus van Tours (in Pannonia, ca. 316 - Candes, bij Tours, 8 nov. 397), was een heilige, asceet, kloosterstichter en bisschop van Tours. De latere Sint-Maarten was de zoon van een Romeins magistraat in Pannonia. Op 15-jarige leeftijd nam hij dienst in het Romeinse leger; hij kwam bij een ruiterij in Gallië. In die tijd moet het beroemde voorval gesitueerd worden dat hij aan de stadspoort van Amiens de helft van zijn mantel aan een bedelaar schonk. In de nacht daarop zou Martinus Christus zelf hebben gezien, bekleed met deze mantel. Christus zou gezegd hebben: 'Martinus, heeft Mij met deze mantel bekleed'.
Op 18-jarige leeftijd werd hij gedoopt en na het leger verlaten te hebben (356), werd hij leerling van bisschop Hilarius van Poitiers. Deze nam hem op in de geestelijke stand. Omstreeks 360 vestigde Martinus zich te Ligugé, ten zuiden van Poitiers, als kluizenaar. Als zodanig kreeg hij veel volgelingen, zodat hier in 361 het eerste klooster op Franse bodem ontstond. In 371 werd hij door het volk gekozen tot bisschop van Tours, ondanks het verzet van andere bisschoppen.
Frankrijk, Candes, Cathédrale: Martinus schenkt de helft van zijn mantel aan een arme.
Meestal zit Martinus op een paard. Het is bovendien historisch onjuist, want Martinus zou pas enkele jaren later ingedeeld worden bij de cavalerie. Effect is wel dat hij hoog te paard zit, verheen boven de arme. Ondanks die positie heeft hij oog voor de 'mindere'.
Als bisschop bleef hij zijn monnikenleven voortzetten en maakte hij uitgebreide missioneringsreizen, ook buiten zijn eigen diocees. Omstreeks 375 stichtte hij een klooster te Marmoutier (d.i. Maius monasterium = zeer groot klooster), dat een centrum werd van studie en missionering voor geheel Gallië. Hoewel vurig strijder voor de orthodoxie, deed hij toch herhaalde pogingen het hof te Trier over te halen tot een mildere houding ten opzichte van Priscillianus. Deze bemiddelende houding wekte verzet bij Spaanse bisschoppen en ook bij zijn eigen clerus. Martinus stierf op een van zijn missioneringsreizen te Candes. In triomf werd zijn lijk naar Tours overgebracht en bijgezet.
Reliekschrijn van Sint-Martinus
Het leven van Martinus werd beschreven door Sulpicius Severus (Vita S. Martini). Hij is met Antonius Abt de eerste die officieel vereerd werd als confessor, d.i. belijder (niet-martelaar). In Frankrijk zijn enkele duizenden kerken aan hem toegewijd. De Sint-Maartensbasiliek in Tours werd een nationaal heiligdom en reeds onder Chlodovech I was Martinus de patroon van Frankrijk. Zijn feestdag is 11 november. Het Sint-Maartensfeest, het eerste feest in het kerkelijk jaar, is vooral in Nederland altijd nog het belangrijkste volks- (en vooral kinder)feest na het Sinterklaasfeest. Vooral in Groningen, Drenthe, West-Friesland, Noord-Brabant en Limburg trekken op de avond van 11 november stoeten kinderen rond met uitgeholde bieten waarin kaarsjes branden, of lampions, onder het zingen van liederen. In Venlo rijdt een als de heilige verkleed persoon in de stoet mee. In Vlaanderen vervult Sint Maarten in sommige streken dezelfde rol als Sinterklaas in Nederland. Op de zondag na 11 november wordt een rondgang te paard gehouden.
Jean Fouquet: La Charité de Saint-Martin
In de streek rond Mechelen en Aalst, waar de kinderen rondtrekken om gaven op te halen, en in Limburg, waar Sint-Maartensvuren worden aangestoken, wordt zijn feest uitbundig gevierd. Hier en daar bestaan nog Sint-Maartensgilden of ruiterverenigingen, die een ommegang houden ter ere van hun patroon (Ganshoren, Asper). Het eten van Sint-Maartensganzen op 11 november schijnt geheel in onbruik te zijn geraakt, al kent men in Deventer en Oldenzaal (Nederland) nog de ganzenmarkten die in deze periode worden gehouden.
Het gebruik van het zetten van een schoen bij de schoorsteen door kinderen was in Utrecht al in de eerste helft van de 15de eeuw bekend. In een aantal plaatsen in Nederland, vooral op de Waddeneilanden (Texel, Ameland, Terschelling), komen Sinterklaasgebruiken voor die weinig meer dan de naam van de heilige met de gebruikelijke viering gemeen hebben. Het is mogelijk dat bepaalde gebruiken reminiscenties zijn aan een voorchristelijk winterfeest; zo zouden de dier- en mensfiguren van speculaas resten van oude offerbroden kunnen zijn.
Welkom bij Clubs!
Kijk gerust verder op deze club en doe mee.
Of maak zelf een Clubs account aan:
Aanbevelingen door leden:
bernard-de-clairvauxEen geweldige community over de middeleeuwen in al haar facetten. Boeken, tentoonstellingen, steden en discussies met diepgang en humor. Een Vlaams-Nederlandse samenwerking van historisch niveau!