Blogposts

Blog

Geplaatst op woensdag 04 oktober 2017 @ 19:08 door Calamandja , 1487 keer bekeken

De vroege middeleeuwen waren eeuwen van vooruitgang, waarin volken door heel Europa kennis en goederen uitwisselden. Dit is alleen niet het beeld dat we hebben over deze tijd, en daar wilde het Allard Pierson Museum iets aan doen.

Op deze grafsteen worden Grieks-Romeinse elementen, zoals
de zuilen, gecombineerd met Koptische, christelijke symbolen.
De Ankh, het Egyptische symbool voor het leven (dat onder
de steen extra is uitgelicht) dient als christelijk kruis.
Daarnaast staan de Griekse Alpha en Omega,
een andere naam voor de christelijke god.
In een lauwerkrans staan de Griekse letters X en P,
die CHR vormen in ons alfabet, wat het teken is
van het christendom. (Egypte, 5e – 6e eeuw)

Nadat het West-Romeinse Rijk in verval was geraakt, bleven culturen op andere plaatsen in Europa bloeien. Het Romeinse Rijk in het oosten, met Constantinopel (nu Istanboel) als hoofdstad, was nog altijd springlevend. Handel en wetenschappelijke en culturele uitwisselingen vonden hier volop plaats.

Mensen van verschillende geloven leefden, hoewel niet altijd even vreedzaam, naast elkaar. Dat gold voor meer plekken in en rond Europa, zoals het christelijke Egypte, het heidense Scandinavië en het islamitische Spanje. Deze religie en de bijbehorende cultuur maakten al deel uit van onze wereld in de middeleeuwen.
  

Reizen door middeleeuws Europa is het onderwerp van de nieuwe tentoonstelling Crossraods in het Allard Pierson Museum. Naast Nederlandse topstukken zijn er veel bruiklenen te zien uit de periode 300 tot 1000 na Christus. De overkoepelende boodschap is dat deze vroege middeleeuwen niet zo duister waren als schrijvers uit latere tijden ons probeerden te doen geloven. Diversiteit hoorde toen al bij Europa en de verschillende volken namen kennis en gebruiken van elkaar over, ondanks hun grote verschillen.
   

Volksverhuizingen

Bij binnenkomst krijg je als bezoeker eerst een overzicht van de verschillende volken die in Europa leefden en die op drift raakten in deze periode. De Vandalen vielen het Romeinse Rijk binnen, de Vikingen plunderden zich een weg langs de West-Europese kust en de islamitisch Arabieren bezetten Spanje. De voorwerpen die de makers hierbij tonen, laten de interactie tussen deze volken zien.

Zo zien we een Vikingschat met munten uit heel Europa. Of een uitgebeitelde Medusakop uit de Romeinse tijd die op haar achterkant een christelijk kruis heeft staan, waarschijnlijk om het kwaad te bezweren. Voor wie wil weten wanneer en waarheen verschillende volken in Europa op hol sloegen, geeft de op de vloer geprojecteerde kaart de volksverhuizingen overzichtelijk weer.
 
Technische snufjes
De tentoonstelling is vervolgens ingedeeld aan de hand van verschillende thema’s, zoals de erfenis van het oude Romeinse Rijk, de impact van oorlog en de kruisbestuiving van kennis tussen verschillende religies. Extra informatie krijgt de bezoeker van tien reizigers, die echt hebben bestaan. Ze vertellen hun verhaal in korte filmpjes die op het looppad zijn geprojecteerd, zoals de non Egeria die in de vierde eeuw op pelgrimstocht ging.

De makers hebben hiermee een extra laag willen toevoegen aan het abstracte reizen. Wanneer andere mensen niet over het gangpad lopen als je het filmpje probeert te volgen, werkt dit aardig. Het is wat houterig maar de tentoonstelling komt wel meer tot leven. Dit geldt zeker voor de holoboxen: dozen met objecten uit de tentoonstelling, waarop 3D-animatie wordt geprojecteerd. Een Avarenzwaard bijvoorbeeld laat in een fictief hiernamaals zien hoe de Hongaarse Avaren omgingen met de dood.
   

Boeken middeleeuwse uitvinding

Een borstkruis met op de voorkant de kruisiging van Christus
afgebeeld. Er kon een reliek in bewaard worden, zoals een splinter
van het Heilig Kruis, steentjes afkomstig van een plaats
uit het leven en lijden van Christus of overblijfselen
van het lichaam van een heilige. Ze werden net als
amuletten uit de Oudheid gedragen ter bescherming.
(Constantinopel, 9de-10de eeuw.)
 

De makers willen de bezoekers een letterlijk en figuurlijk onderbelichte periode in de geschiedschrijving laten zien. Een periode waarin handelaren, diplomaten, pelgrims en andere reizigers het hele continent bereisden en kennis uitwisselden, wat te zien is aan de hand van bijzondere objecten. Deze kennisoverdracht moeten we niet onderschatten, zo blijkt. De uitvinding van het boek is hier een van de mooiste voorbeelden van.

Zonder de kopieercultuur van de christelijke geestelijken hadden we nooit zoveel over de oudheid geweten als nu. De originele Latijnse en Griekse teksten zijn namelijk op rollen papyrus geschreven, wat vooral in ons klimaat snel verging. Omdat het moeilijk zoeken was in teksten op een rol, vonden de kopieerders de codex uit: de boekvorm zoals wij die nu kennen, met een kaft en bladzijdes. Een eventuele index maakte het zoeken helemaal een stuk makkelijker.

  
Als voorbeeld ligt er een vroeg exemplaar van De Bello Gallico, geschreven door de Romeinse veldheer Julius Caesar (100 – 44 v.Chr.). Hierin deed hij verslag van de oorlog tegen Gallische stammen in het noorden van het Romeinse rijk. Er zijn geen rollen van dit verslag bewaard gebleven en ook de Germanen hebben geen geschreven bronnen nagelaten. Zonder de middeleeuwse kopieerdrift was alle kennis over deze oorlogen en de noordelijke stammen verloren gegaan voor ons.

Geestelijken en edelen waren de enigen die toegang hadden tot boeken, met name omdat ze zo kostbaar waren. Europa kende het papier nog niet en hier gebruikten ze perkament, gemaakt van dierenhuiden. Voor een flink boek had je al een hele kudde schapen nodig.

Dit wil niet zeggen dat de rest van de mensen nooit in aanraking kwam met geschreven teksten. Uit recent onderzoek blijkt dat zelfs op het platteland lezen en schrijven gangbaar waren, alleen niet in boeken. In de islamitische wereld was papier al wel bekend en ook daar werden veel teksten uit de oudheid gekopieerd. Het uit het hoofd leren van teksten vonden de Arabieren echter belangrijker dan ze kopiëren op schrift.
   

Crossroads - Reizen door de Middeleeuwen
Maria Bormpoudaki e.a. (red.) € 24,95

Rijke catalogus

Marco Mostert, historicus aan de Universiteit Utrecht, heeft uitgebreid geschreven over de belangrijke uitvinding van het boek in de bijbehorende catalogus. Voor de extra geïnteresseerde bezoeker is dit prachtig geïllustreerde boek een must. Hierin doet hij de ontwikkeling van het schrijven uit de doeken. In de vierde eeuw gebeurde dat namelijk nog zonder spaties. Maar voor sprekers van niet-Romaanse talen was het te lastig om te zien om welke woorden het ging.

Op de Britse eilanden losten schrijvers dit op door spaties tussen de woorden te voegen. Zo konden ze in een oogopslag zien hoe de Latijnse woorden eruit zagen. Dit is rond het jaar duizend overgenomen door de Franken, omdat hun Romaanse moedertaal steeds minder op het Latijn ging lijken.
   
Afzetten tegen verleden

Waarom dan toch die term ‘duister’ met al dit moois? Latere schrijvers zetten de vroege middeleeuwen af tegen óf het westelijke Romeinse Rijk óf de renaissance. Deze laatste periode begon rond 1300 in Italië en werd niet voor niets de wedergeboorte genoemd. West-Europese wetenschappers ontdekten opnieuw kunsten en literaire teksten uit de oudheid en omschreven de periode ertussen als een tijd van achteruitgang.

De tentoonstelling laat het tegendeel zien. Hoeveel contact er onderling was in Europa, hoe ver reizigers en goederen over het continent verspreid raakten en hoe mensen van verschillende godsdiensten naast elkaar leefden en elkaar beïnvloedden. De bezoekers krijgen deze inzichten door verrassende verhalen en door objecten die het bewijs zijn van de geglobaliseerde wereld, hier en daar uitgelicht door hoogstandjes als hologrammen. Beslist een bezoekje waard dus.
   

Peter Heather

„Het was juist een dynamische periode met de verspreiding van het christendom, de slavisering van Centraal- en Oost-Europa en de opkomst van de islam. Allemaal bouwstenen voor de wereld van nu”, zegt Peter Heather. Hij is hoogleraar middeleeuwse geschiedenis aan King’s College London en een van de 33 wetenschappers die een bijdrage hebben geleverd aan de publicatie die over de tentoonstelling verscheen.

Heather was even in Nederland voor een korte lezing tijdens de opening van de tentoonstelling. Hij is auteur van zeer leesbare wetenschappelijke boeken als Goths and Romans 332-489, The Fall of the Roman Empireen Empires and Barbarians.
   

Een Frankische grafsteen uit de zevende eeuw.
Een langharige krijger kamt zijn haar – teken van macht.
De slang bedreigt die macht juist.

Wat vindt u ervan dat het grote publiek de vroege Middeleeuwen associeert met ellende en modder?

Heather: „O, dat verbaast me niets. Academici zien pas sinds de jaren zestig deze periode niet langer als duistere tijd. Het duurt altijd lang voordat nieuwe denkbeelden via schoolboeken ook tot het grote publiek doordringen.”
   

Is er een schuldige aan te wijzen?

„Vooral de classici! In Oxford, waar ik studeerde, deden ze helemaal niets met de periode na 300. Die hoorde volgens hen bij de moderne geschiedenis. Nog steeds worden die Late Oudheid en de vroege Middeleeuwen niet als vak apart bestudeerd. Voor een geleerde van voor 1960 zou het een schok zijn om te horen dat archeologische veldverkenningen nu hebben aangetoond dat de vierde eeuw bruiste van economische activiteit en dat het platteland drukker bevolkt was dan ooit.”
   

De tentoonstelling maakt duidelijk dat de vroege Middeleeuwen ook een periode van migraties en veranderingen was. Er liggen bijvoorbeeld Karolingische en Arabische munten, afkomstig uit een geldschat uit Wieringen. En een vergulde koperen helm die tussen 500 en 550 in Byzantium is gemaakt, maar in Hongarije is gevonden. Het grote Romeinse rijk maakte plaats voor kleinere en elkaar afwisselende rijken, wat leidt tot een bonte stoet van volkeren: Hunen, Bourgondiërs, Visigoten, Franken, Ostrogoten, Vandalen, Alanen, Longobarden, Avaren en Vikingen.

Toch bleven na de ontmanteling van het West-Romeinse rijk in 476 oude Romeinse machtsfactoren in zekere mate bestaan, beschrijft Heather in zijn artikel in Crossroads. In veel gebieden sloten Romeinse landeigenaren heel pragmatisch overeenkomsten met de nieuwe immigrantendynastieën. En de christelijke kerk handhaafde zich. Het Oost-Romeinse rijk was nog zeker 150 jaar een factor van belang, maar raakte na 600 zo veel land kwijt aan eerst de Perzen en daarna de Arabieren, dat het daarna alleen een regionale rol speelde.
   

En de elite van Romeinse landeigenaren gaf voordien om hun status te benadrukken hun kinderen een dure literaire opvoeding. Nu had zo’n dure opvoeding geen zin meer. De Laat-Romeinse centrale overheid, waar de perfecte beheersing van klassiek Latijn een vereiste was, had plaats gemaakt voor politieke versnippering en een militaire aristocratie. Die politieke versnippering had ook invloed op de Kerk. Er was geen centraal gezag meer, met als gevolg aparte concilies in verschillende koninkrijken en uiteenlopende religieuze opvattingen. Pas eind zesde eeuw werd de Niceense orthodoxie, waarbij de Vader, Zoon en Heilige Geest gelijkwaardig waren, algemeen omarmd.

Bij een rondgang over de tentoonstelling bekijkt Heather hoe op een grote multimediale landkaart de migratiestromen in de tijd veranderen. „Kijk, je ziet het machtscentrum naar het noordwesten van Europa verschuiven. Een van de grootste veranderingen in handelscontacten vindt plaats aan het einde van het eerste millennium als de Vikingen zeewaardige zeilschepen ontwikkelen. Voor het eerst horen dan ook Noord- en Oost-Europa erbij.”
   

Kun je zeggen dat die situatie pas door de Tweede Wereldoorlog en de vorming van het Oostblok veranderde? Toen werd Oost-Europa ineens afgesneden.

„Ja, maar dat is hersteld. Ik ben van 1960 en hoor tot de generatie die nog dacht dat het IJzeren Gordijn eeuwig zou zijn.”
   

Welke les trekt u daaruit?

„Dat in ieder rijk de ondergang is ingebakken. Macht, wapens, technologieën en ideeën stromen naar de minder ontwikkelde periferie. Die gaat zich onherroepelijk ontwikkelen, met als gevolg dat macht van het centrale rijk wegvloeit. Een macht die dat weet, matigt zijn gedrag en pist niet tegen anderen aan.”
   

Veel mensen denken dat Europa en de Verenigde Staten hun leidende positie verliezen, niet door de factoren die u noemt, maar door migratiestromen.

„Klopt. Maar dat komt niet door migratie, net zoals migratie óók niet de belangrijkste reden was voor de ondergang van het Romeinse rijk. Na verschijning van mijn boek over de val van het Romeinse Rijk wilde een radiostation in Colorado, waar ze waarschijnlijk nog nooit een Mexicaan hebben gezien, toch dat ik in een interview zou zeggen dat migratie slecht is. Dat heb ik niet gedaan.”
   

Heather is onder de indruk van de tentoonstelling, vooral van de vitrines waarin met behulp van hologrammen iets extra’s wordt verteld en getoond over het gebruik en het verleden van een tentoongesteld voorwerp. Toch raakt een eenvoudig houten plankje met bezweringsspreuken uit zesde-eeuws christelijk Egypte hem het meest. „Er gaat zo veel bezorgdheid achter schuil. Over vruchtbaarheid of gezondheid. Dat is ook nu nog herkenbaar. Dat is wat er mis is: in academische historische verhalen komen nog te vaak mensen voor met wie niet iedereen zich kan identificeren.”
   

De tentoonstelling Crossroads, reizen door de Middeleeuwen is tot 12 februari 2018 te zien in het Allard Pierson Museum, Oude Turfmarkt, Amsterdam
 
Bronnen:
- Marjolein Overmeer voor NEMO Kennislink, 29 september 2017
-Theo Toebosch, NRC.nl, 1 oktober 2017



Reacties

Er zijn nog geen reacties geplaatst.

Plaats een reactie

Je moet ingelogd zijn om een reactie te mogen plaatsen. Klik hier om in te loggen.