Blog
Geplaatst op maandag 17 februari 2025 @ 21:37 door Calamandja , 19 keer bekeken
Van de handtekening van Jeanne d’Arc tot een tot slaaf gemaakte vrouw die zich verzet tegen haar verkoop: in de bijzondere expo Medieval women in de British Library komen middeleeuwse vrouwen tot leven, in hun eigen woorden.
Recensie door Veerle Vanden Bosch; De Standaard, Woensdag 29 januari 2025
In 1448 schreef de Engelse Margaret Paston een brief aan haar echtgenoot John in Londen. Of hij een pond amandelen en een pond suiker kon kopen, stof om kleren te maken voor de kinderen, en verder “twee of drie korte stokbijlen en enkele kruisbogen” – een ietwat ongebruikelijk boodschappenlijstje. Dat kwam zo: de Pastons waren opkomende landeigenaren, de graaf van Norfolk had zijn oog op hun landgoed Gresham laten vallen en stuurde er gewapende knechten op af – je bent een warlord of je bent het niet. Margaret moest hun eigendom verdedigen. Niet dat ze in vredevoller tijden met de duimen zat te draaien: ze runde ook de andere landgoederen van de familie, stuurde een legertje meiden en knechten aan en voedde zeven kinderen op, terwijl haar man in Londen werkte. Margaret is een van de vrouwen die aan bod komen in de expo Medieval women, in their own words in de British Library. En dat is een openbaring: eeuwenlang zijn het mannen geweest die beslisten wat de moeite waard was om te worden onthouden en wat niet, wie ertoe deed en wie niet.
Geschiedenis ging over oorlogen, dynastieën en grootse daden van al even grote mannen. De ervaringen van vrouwen kregen minder aandacht. Deze expo laat vrouwelijke stemmen aan het woord uit de periode tussen 1100 en 1500. Die werpen een verrassend licht op de ervaringen, dromen, verlangens en moeilijkheden van vrouwen. Wat ze te vertellen hebben, is fascinerend.
Van de Pastons bleef een hele briefwisseling bewaard, die loopt van 1422 tot 1509. In een brief uit 1441 bezwoer de hoogzwangere Margaret haar echtgenoot de ring te dragen die ze hem had gegeven met de beeltenis van de heilige Margaretha erop – patroonheilige van barende vrouwen omdat ze volgens de legende levend en wel uit de buik van een draak tevoorschijn was gekomen. Bevallen was levensgevaarlijk en alle hulp van bovenaf was welkom. Je wilt je overigens niet voorstellen welke schade de gynaecologische hulpstukken, afgebeeld in een medisch manuscript, aanrichtten.
Geboortegordel
Op de expo is een spectaculaire geboortegordel te zien: een lange, smalle strook perkament waarop naast gebeden ook de drie nagels van het kruis van Christus en de wonde in zijn zij staan afgebeeld. Dat soort gordels werd als talisman over barende vrouwen heen gelegd – een verwijzing naar de gordel van Maria, die pijnloos en probleemloos zou zijn bevallen van Jezus – een goddelijke voorkeursbehandeling. Op de plek van Christus’ wonde vertoont het perkament slijtage van het vele wrijven en kussen door vrouwen in het kraambed: soms worden ervaringen van vrouwen uit lang vervlogen tijden ontroerend concreet. Nog zo’n voorbeeld: een valentijnsbrief, geschreven in 1477 door Margery Brews, die John Paston III, Margarets kleinzoon, haar “well-beloved Valentine” noemt. Het waren bange tijden voor het stel: de Pastons vonden de bruidsschat die Margery’s familie aanbood niet hoog genoeg.
Vrouwen moesten vaak hun eigen boontjes doppen in een mannenwereld. Soms waren ze daar heel succesvol in. De 15de-eeuwse Christine de Pizan staat bekend als de eerste vrouwelijke professionele auteur. Ze genoot een uitstekende opleiding als dochter van een Italiaanse astroloog die aan het Franse hof werkte. Ze trouwde op haar vijftiende met een notabele – een liefdevol huwelijk – en kreeg drie kinderen. Toen de koning stierf, viel haar vaders broodheer weg. Hij stierf korte tijd later. Tot overmaat van ramp bezweek haar echtgenoot aan de pest.
De Pizan moest brood op de plank brengen voor haar kinderen, haar moeder en een nicht. Dat deed ze met haar pen. En ze ontpopte zich tot een uitstekend ondernemer: ze runde een atelier waarin haar eigen teksten te boek werden gesteld. Een topstuk uit dat fabriekje is een prachtig verlucht manuscript met haar verzameld werk, dat ze in 1435 aanbood aan de Franse koningin Isabeau van Beieren. De Pizan werd beroemd toen ze haar pijlen richtte op de vrouwonvriendelijkheid van de middeleeuwse bestseller par excellence: de Roman de la rose. Ze betoogde dat vrouwen gelijk waren aan mannen en het recht hadden te worden beschouwd als individuen.
In haar bekendste werk, Livre de la cité des dames, bouwde ze een allegorische stad, bevolkt door verdienstelijke en deugdzame vrouwen uit de geschiedenis en mythologie. In dat boek schrijft ze ook over een miniaturiste die voor haar werkte: Anastasia is zo briljant dat haar werk heel duur is, schrijft ze. Vrouwen konden dus kunstenaars met naam en faam zijn. Helaas weten we verder niets over Anastasia, er zijn geen miniaturen die aan haar kunnen worden toegeschreven.
Non plukt fallussen, door Jeanne de Montbaston. — © rr
Dat is wél het geval met Jeanne de Montbaston. Zij runde samen met haar man Richard een vermaard boekatelier in het 14de-eeuwse Parijs. Richard kopieerde, Jeanne verluchtte. Portretjes van de echtelieden zijn op de expo te zien in de marge van een van hun manuscripten. Na Richards dood zette ze de familiezaak alleen verder. Ze staat bekend om de satirische en erotische marginalia die ze verwerkte in een manuscript van – alweer – de Roman de la rose. Tussen afbeeldingen van heiligenlevens door tekende ze een non die de fallussen uit de bomen plukt. De Montbastons waren productief, er zijn maar liefst negentien manuscripten van de Roman de la Rose uit hun atelier bewaard, allemaal op een unieke manier verlucht door Jeanne.
De archieven spreken ook over het leven van vrouwen aan de onderkant van de samenleving. In de late 15de eeuw spande de tot slaaf gemaakte Maria Moriana een zaak aan tegen haar eigenaar, een Venetiaan, die haar in Engeland wilde doorverkopen aan een Genuese handelaar. Toen Maria zich verzette, haalde hij een lelijke streek uit: hij liet haar een document bezegelen waarin stond dat ze hem 20 pond schuldig was en liet haar opsluiten. Schulden betalen kon ze niet: na twintig jaar slavenarbeid had ze nooit een cent verdiend. De naam ‘Moriana’, afgeleid van ‘Moor’, verraadt dat Maria wellicht een vrouw van kleur was. Ze bepleit welbespraakt haar zaak en haar vrijheid, en ze had gelijk: haar eigenaar had haar wellicht gekocht in Italië, maar in Engeland werd slavernij toen niet erkend.
Verweerschrift van Maria Moriana. — © british library
Een andere verrassende ontmoeting is die met Eleanor Rykener. Zij werd in 1394 gearresteerd in een Londense straat. Ze werd betrapt toen ze betaalde seks had met ene John Britby. De klerk die haar verhoor noteerde, bleek behoorlijk in de war: Eleanor, “die zichzelf Eleanor noemt”, was geboren als John. In hedendaagse termen zou je haar een trans vrouw kunnen noemen. De klerk heeft het nu eens over ‘hem’, dan weer over ‘haar’, en kiest dan weer voor onbepaalde voornaamwoorden.
Eleanor was een ervaren sekswerker, die het soms “als een vrouw” deed met mannen, en soms “als een man” met vrouwen. Ze had ook priesters als klanten (die betaalden beter, vermeldt ze erbij). Hoe je het als een vrouw deed, had ze geleerd van ene Anna, vrouwenkleren had ze gekregen van Elizabeth. Daaruit blijkt dat prostituees haar volkomen accepteerden als lid van hun gemeenschap. Hoe het met Eleanor afliep, vermelden de archieven vreemd genoeg niet. Misschien waren haar ondervragers zo in de war dat ze werd vrijgelaten.
Op vrouwen die de gendernormen overtraden, werd vaak heftig gereageerd. De Engelse koningin Isabella van Frankrijk leidde in 1326 een invasie van Engeland en zette haar man af ten voordele van haar minderjarige zoon. Drie jaar lang regeerde ze als regentes samen met haar bondgenoot Roger Mortimer. Tot de jonge Edward III er genoeg van had en de macht greep. Op de expo zijn satirische metalen insignes te zien: een daarvan toont Isabella die het schip van staat de verkeerde richting uit stuurt, een gigantische gekroonde fallus op de arm.
Getekend: ‘Jehanne’. — © british library
Het beroemdste voorbeeld van vrouwen die zich inlieten met militaire zaken is Jeanne d’Arc. Op de expo is een brief te zien die ze dicteerde toen ze met het Franse leger onderweg was. Ze vraagt de inwoners van een nabijgelegen stad om buskruit en militair materieel. Ze kon niet schrijven, maar ondertekende de brief wel met ‘Jehanne’, in aandoenlijk onhandige letters. Ze werd gevangengenomen door de Bourgondiërs, rivalen van de Franse koning, en overgeleverd aan de Engelsen, die haar in 1431 wegens ketterij op de brandstapel brachten. In de notulen van haar proces is te zien hoe haar ondervragers onder meer vallen over het feit dat ze mannenkleren droeg.
In 1456 opende de Franse koning Karel VII een nieuw proces, waarin het ketterijvonnis werd vernietigd. Hij framede haar als de “heilige maagd van Frankrijk”. Een miniatuur uit een 15de-eeuwse kroniek toont hoe ze arriveert aan Karels hof, gekleed als een aristocratische dame. De mannenkleren stonden haar canonisatie tot nationale heldin duidelijk in de weg. Het was het begin van een lange geschiedenis waarin ze voortdurend voor allerlei karren werd gespannen, tot hedendaags extreemrechts toe. Maar wat echt is, is haar handtekening, een nietig spoor van de Jeanne van vlees en bloed. Medieval women is een expo die je bijblijft: je komt er anders buiten dan je er binnenging, aangeraakt door vrouwen uit een ver verleden.
Van de handtekening van Jeanne d’Arc tot een tot slaaf gemaakte vrouw die zich verzet tegen haar verkoop: in de bijzondere expo Medieval women in de British Library komen middeleeuwse vrouwen tot leven, in hun eigen woorden.
Medieval Women - British Library - tot 2 maart 2025
Je moet ingelogd zijn om een reactie te mogen plaatsen. Klik hier om in te loggen.
Reacties
Er zijn nog geen reacties geplaatst.